In mijn tijd als docent werden twee leerlingen, broer en zus, voor twee dagen geschorst. Dat was natuurlijk niet niks! Ik schrok er ook van, omdat ik het meisje in de klas had en ik me niet kon voorstellen wat zij ‘fout’ had gedaan. Zij was altijd heel rustig en bescheiden. Welnu, zij had samen met haar broertje, niet fijne apps gestuurd naar een andere leerling. De ouders van laatstgenoemde leerling hadden dit op school gemeld en straf volgde. Ik gaf diezelfde dag les aan het meisje en vroeg haar: ‘hoe is het voor jou dat je geschorst wordt? wat is er precies gebeurd?’. ‘Nou mevrouw, mijn broertje en ik hebben niet leuke apps gestuurd naar een jongen van school, maar ik heb maar twee gestuurd en mijn broertje wel 20 en toch krijgen we dezelfde straf’. Het meisje huilde, alles had veel impact op haar en gestraft was ze eigenlijk al. Ik zei: ‘bedoel je dat je het niet eerlijk vindt dat jullie allebei twee dagen geschorst zijn, terwijl jij veel minder appjes hebt gestuurd dan je broer?’ ‘Ja mevrouw en het is heel erg wat we hebben gedaan en ik heb er echt zo’n spijt van’. Ik zei: ‘zou jij het eerlijker hebben gevonden, dat jij bijvoorbeeld 1 dag was geschorst?’. ‘Ja’, zei het meisje.
Ik stelde voor om naar de teamleider te gaan om te uiten wat er in haar leefde. ‘Ja maar mevrouw, hij luistert toch niet en ik durf het ook niet’. Ik zei: ‘maar het is wel belangrijk dat jij naar jezelf luistert, wil je dat ik meega?’ ‘Graag mevrouw’ en zo gingen wij samen naar de teamleider. Het meisje deed huilend haar verhaal. Ik was geraakt door haar kwetsbaarheid en moed.
Waar zij bang voor was, gebeurde inderdaad. De teamleider werd boos en zei dat het niet uitmaakte hoeveel appjes zij had gestuurd en dat zij straf verdiend had. Hij snapte eigenlijk niet hoe ze het lef had om aan hem te vragen om strafvermindering. Wij verlieten het kantoor.
‘Zie je nou wel, mevrouw, ik zei het toch?’ Ik gaf haar empathie. Toen ze stil werd, zei ik: ‘maar je hebt jezelf wel serieus genomen en gezegd wat je zeggen wilde, dat is iets om trots op te zijn, anders was het je misschien altijd dwars blijven zitten. Nu heb je gedaan wat je kon en dat is het beste wat je jezelf kunt geven’. Het meisje fleurde op. ‘Dankjewel dat je bent meegegaan mevrouw’.
Hierna is ze naar huis gegaan en twee dagen thuis gebleven. Onze band is voor het leven en als ik iets tegen iemand moet zeggen wat ik moeilijk vind, denk ik even aan haar. Dat helpt!